Filips II, die zijn vader Karel V in 1555 opvolgt, wil het protestantisme uitroeien met boekverbrandingen, verbanning, martelingen en de brandstapel. De aanhang van de protestanten blijft echter groeien. In 1566, als in de steden hongersnood onder de armen heerst, richt de woede zich op de rijke kerk en breekt de Beeldenstorm los op 10 augustus 1566. Protestanten vernielen honderden katholieke kerken, kapellen, kloosters en abdijen. Zo sloegen ze in de Sint-Wendelinuskapel in Breda het gezicht van het beeld van Sint-Catharina kapot. Er volgt een periode van verwarring waarin katholieken en protestanten om hun gelijk strijden: de Tachtigjarige Oorlog (1568 – 1648).
Artikel - Gepubliceerd op
Beeldenstorm
Tijdvak van ontdekkers en hervormers: 1450 – 1600