Markies Jan IV van Bergen op Zoom (1528-1567) was bij koning Filips II (1527-1598) in ongenade gevallen. Tijdens een verblijf in Spanje overleed hij op 21 mei 1567. Het Markiezaat werd geconfisqueerd en er werden militairen in Bergen op Zoom gelegerd. Er waren nog geen kazernes dus de militairen werden bij de inwoners van de stad ingekwartierd of in leegstaande of gevorderde panden, maar wel op kosten van de inwoners.
Een strategische stad
De hertog van Alva (1507-1582), namens Filips II landvoogd in de Nederlanden, ontwikkelde een militair plan waarmee de stad onderdeel werd van een vestingdriehoek, gevormd door Tholen, Steenbergen en Bergen op Zoom. De Spanjaarden begonnen zo met plannen om modernere verdedigingswerken aan te leggen naar Italiaans voorbeeld.
Niet alleen de Spanjaarden, maar ook de opstandelingen, zagen de gunstige strategische ligging van Bergen op Zoom. Vanuit de stad kon men het omliggende platteland controleren en de toegang tot Zeeland bemoeilijken, zowel op het land als op het water. In september 1573 was al een nachtelijke aanval van de Watergeuzen afgeslagen, die sinds 1572 de Schelde beheersten.
Gevechten op zee
De Spanjaarden probeerden de waterwegen weer onder controle te krijgen door het vormen van een vloot. Hiervoor werden op bevel van de nieuwe landvoogd Requesens (1528-1576) schepen gevorderd in de havens van Bergen op Zoom, Breda en Roosendaal. Vanuit Reimerswaal blokkeerden de Watergeuzen ondertussen de haven van Bergen op Zoom.
Op 29 januari 1574 vond een zeeslag plaats tussen de Spaanse vloot en de vloot van de Watergeuzen op de Oosterschelde tussen Reimerswaal en Bergen op Zoom. Vandaar dat de zeeslag zowel als de ‘Slag bij Reimerswaal’ als de ‘Slag bij Bergen op Zoom’ bekend staat. De Watergeuzen behaalden de overwinning en de overgebleven Spaanse schepen trokken zich terug in Bergen op Zoom, want die stad was nog steeds in Spaanse handen.
Bergen op Zoom wordt een Staatse stad
In 1576 werd de Pacificatie van Gent gesloten, een onderlinge overeenkomst tussen de zeventien gewesten in de Nederlanden tegen Spaans machtsmisbruik en vóór godsdienstvrijheid. Als gevolg hiervan werd het Markiezaat van Bergen op Zoom teruggegeven aan de rechtmatige erfgename van Jan IV, zijn nichtje Maria Margaretha van Merode. Zij werd nu markiezin, vooralsnog onder voogdij van haar vader Jan van Merode, want Maria Margaretha was nog minderjarig.
Antwerpen koos in 1577 de kant van de opstandelingen. Staatse troepen onder leiding van Frederik de Perenot (1536-1602), heer van Champagny, trokken de stad binnen. Het volgende doel was de verovering van Bergen op Zoom dat nog Spaans was en verdedigd werd door Duitse huurlingen. Door een krijgslist kwam Bergen op Zoom in handen van de Hollandse en Zeeuwse opstandelingen. Champagny bood de Duitse huurlingen namelijk geld aan om zich over te geven en hun commandant uit te leveren. Omdat de Duitsers al een tijd geen soldij hadden ontvangen, namen zij dit aanbod aan en mochten ze daarop ongehinderd vertrekken.
Vanaf dat moment kreeg Bergen op Zoom onafgebroken Staatse troepen binnen haar muren en bleef het stadsbestuur gedurende de rest van de Tachtigjarige Oorlog trouw aan de opstandige Staten-Generaal.
Bronnen
Dit artikel is een bewerking van een tekst uit Yolande Kortlever, Bergen op Zoom. Een stadsgeschiedenis in vogelvlucht, Bergen op Zoom 2013, 60-61.