De verdediging van Hilvarenbeek in de Tachtigjarige Oorlog

Kaart Hilvarenbeek - Schans Gorp

Kaart van Brabant met Hilvarenbeek (Bron: Jacob Bos, Kaart van Brabant, 1558, Rijksmuseum Amsterdam)

Een schans was een belangrijk verdedigingswerk voor de plattelandsdorpen. Aan het einde van de zestiende eeuw werd krachtens het edict van Ernst van Beieren (1581-1612) bepaald dat steden en dorpen zelfverdediging in eigen hand mochten nemen.

Dat deden ze allereerst door het oprichten van milities en in de tweede plaats door het opwerpen van schansen: eenvoudige op de eigen gronden opgeworpen verdedigingswerken, bij voorkeur in of nabij een depressie om steeds water in de gracht te kunnen hebben. In de Kempen werden ze eind zestiende begin zeventiende eeuw opgericht.

 

Beschermd door de kerk

Er werd niet altijd een schans opgeworpen. De bewoners van de Vrijthof in Hilvarenbeek hadden de mogelijkheid zich in de kerk terug te trekken. Wanneer er gevaar dreigde, en dat was zeker het geval tijdens de Tachtigjarige Oorlog, bracht de bevolking kisten met kleding en kostbaarheden, voedselvoorraden en zelfs koeien in de kerk in veiligheid.

In 1583 moesten zij zich in de kerk verschansen tegen de Spaanse soldaten. Er was echter geen houden aan en er vielen 25 doden aan de Beekse zijde. Bovendien werden de kerk en een groot gedeelte van het dorp in de as gelegd. Pas in 1605 zou weer met het herstel van de kerk begonnen worden. Behalve de kerk kon ook de kerkhofmuur tijdelijk als vesting dienen.

Verschillende typen schansen beleg van breda door spinola

Voorbeelden van de belangrijkste typen schansen en vestingen, gebruikt door Spinola tijdens het beleg van Breda, 1624-1625. (Bron: Anoniem, Rijksmuseum)

Alle rechten voorbehouden

De eerste Beekse schansen

Rondom Hilvarenbeek bevonden zich meerdere schansen. De oudste vermelding van een schans in de buurt van Hilvarenbeek dateert uit 1595. In januari werd Peter Michiel Peters als momboor aangesteld over Lysken Wijtman Corstiaens met betrekking tot alle goederen, uitgezonderd een moerveld "tot Gorp byde Scanse geleghen" Op 18 februari, datzelfde jaar, kregen Hendrick en Cornelis op Gorp “alle gerechticheyt in een groot heyvelt, geleghen aende Gooropse schanse”. De schans is teruggevonden tussen de herdgangen Roovert en Gorp. De ´Gorpse Schans´ lag ingeklemd tussen het riviertje de Ley, de oude grens tussen Beek en Goirle, en het Moerke.

De boeren en naburen van Het Hoog Spul, 't Loo en Breehees konden hun vee in een eigen schans in veiligheid brengen. Esbeek kende een schans in Groot Esbeek en één in Klein Esbeek. De bewoners van De Broeksie, de Groenstraat en Het Neereind hadden een eigen schuilplaats. De Baarschotse boeren vluchtten bij gevaar naar De Schans in Het Gijzeleind. Ook na de Tachtigjarige Oorlog waren de schansen nog in gebruik.

 

Bronnen

Adriaenssen, L., Hilvarenbeek onder de hertog en onder de generaliteit. Sociale en ekonomische geschiedenis van een Kempens dorp tussen 1400 en 1800, Hilvarenbeek, 1987.

Bijsterveld, A., e.a., Zuiderwaterlinie Noord-Brabant. Een open boek, 's-Hertogenbosch, 2016.

"1591 oktober 8-1595". Inventarisnummer: 1111 442 204v, Regionaal Archief Tilburg, Inventaris van het archief van de Schepenbank van Hilvarenbeek, 1469-1811 (1816).

"1778 maart 25-1781 maart 23". Inventarisnummer: 1111 494, Regionaal Archief Tilburg, Inventaris van het archief van de Schepenbank van Hilvarenbeek, 1469-1811 (1816).

"1680-1684". Inventarisnummer: 1111 688 61, Regionaal Archief Tilburg, Inventaris van het archief van de Schepenbank van Hilvarenbeek, 1469-1811 (1816).