Kasteel Wouw

Pentekening van Kasteel Wouw, 1747, A. Fokke Simonsz.

Een pentekening van Kasteel Wouw in 1747. (Bron: A. Fokke Simonsz., Wikimedia Commons)

Kasteel Wouw is een van de weinige ronde waterburchten die in Brabant gestaan heeft. Naast een rijke middeleeuwse geschiedenis, had het kasteel ook een rol in de Tachtigjarige Oorlog.

De waterburcht

De oudste vermelding van het dorp Wouw in archiefstukken dateert uit 1232. De bouw van het kasteel heeft korte tijd later plaatsgevonden. Omdat het kasteel gebouwd was op veengronden in een beekdal, was het noodzakelijk de zware muren te funderen met stevige palen van berkenhout. Deze zijn te dateren tussen 1265 en 1312.

Het was een in grote baksteenblokken opgetrokken burcht met toren, bijgebouwen en een ringmuur om een terrein van ongeveer 40 meter in diameter. De muren hadden een dikte die varieerde van één tot anderhalve meter en hadden steunberen die een weergang droegen. In de tweede helft van de veertiende eeuw werd deze burcht nog uitgebreid met onder meer een ronde toren op het zuidoosten.

Opgraving Kasteel Wouw in 1934, Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed, Wikimedia Commons

In 1934 werden enkele muren van kasteel Wouw al blootgelegd bij opgravingen. (Foto: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed, Wikimedia Commons)

Moderne versterkingen

Het kasteel was als versterking vanaf de vijftiende eeuw niet meer geschikt omdat de muren onvoldoende zwaar waren om bestand te zijn tegen de beschietingen uit die tijd. Daarom werd de oorspronkelijke waterburcht tegen het einde van de vijftiende eeuw omgeven door een zware versterking bestaande uit hoektorens, een poortgebouw, aarden wallen, ravelijn en gracht. In 1505 waren deze uitbreidingen voltooid. In deze periode woonde onder andere Jan II van Glymes (1417-1494), de heer van Bergen op Zoom, op het kasteel. Hij bracht een groot deel van zijn leven door op Kasteel Wouw. Een van zijn zoons en erfgenaam van zijn titel, Jan III van Glymes (1452-1532), woonde ook lang op het kasteel.

Het sterfbed van Jan van Glymes door Gerard van Genk uit 1864. (Bron: Museum Het Markiezenhof Bergen op Zoom)

Het sterfbed van Jan II van Glymes door Gerard van Genk uit 1864. (Bron: Museum Het Markiezenhof Bergen op Zoom)

De eerste keer dat het kasteel daadwerkelijk een rol speelde als versterkt toevluchtsoord was in 1542. In de zomer van dat jaar trok de Gelderse veldheer Maarten van Rossum (ca. 1490-1555) plunderend door het hertogdom Brabant. Markiezin Jacqueline van Croÿ, die regentes was voor haar minderjarige zoon, de latere Jan IV van Glymes van Bergen (1528-1567), vluchtte hierop van de stad naar kasteel Wouw en verbleef daar tot de dreiging voorbij was.

 

De Tachtigjarige Oorlog

In de roerige periode in de aanloop naar de Tachtigjarige Oorlog, kwam kasteel Wouw in handen van de Spaanse koning Filips II (1527-1598). Jan IV van Glymes was namelijk in 1567 in Madrid overleden, terwijl hij Filips II ervan probeerde te overtuigen zijn koers in de Nederlanden te matigen. Eerder was Jan IV al onderdeel van het bekende Eedverbond van de Nederlandse adel. Na zijn dood werd hij alsnog veroordeeld voor majesteitsschennis en ontrouw aan zijn leenman (Filips II). Zijn goederen, waaronder Kasteel Wouw, werden verbeurd verklaard en vervielen aan de kroon. De Spaanse koning wees een rentmeester aan om voor het kasteel te zorgen.

In de jaren hierop bood het kasteel regelmatig onderdak aan vendels Koningsgezinde soldaten. In 1577 lukte het Staatse soldaten om het toenmalige garnizoen van veertig Duitse huurlingen binnen enkele dagen te verdrijven. Na de pacificatie van Gent werd het kasteel weer als onderdeel van het markiezaat hersteld en kwam er een Spaansgezinde markies, Jan van Withem (ca. 1550-1588). Hij was de man van Maria Margaretha van Merode (1560-1588), de erfgename van Jan IV van Glymes. Toen het stadsbestuur van Bergen op Zoom hierop toch weer de kans van de opstandelingen koos, vluchtte de markies naar Kasteel Wouw.

Spaanse troepen hielden hierna het kasteel bezet, tot in 1583 Staatse troepen beleg sloegen. De verdedigers van het kasteel bestonden uit zo’n 120 tot 130 Italiaanse troepen en 150 boeren uit de omgeving. De gezinnen van de boeren zullen eerder al gevlucht zijn. Na een hevige beschieting gaven de verdedigers zich over en viel het kasteel binnen een dag. De soldaten kregen een vrije aftocht. De boeren werden gevangen genomen, tenzij ze in dienst gingen bij het Staatse leger.

Beleg van kasteel Wouw 1583, Wikimedia Commons, Baudartius, 1622

Het beleg van kasteel Wouw in 1583. De nieuwere versterkingen rond de oorspronkelijke burcht zijn duidelijk zichtbaar. (Bron: Baudartius, 1622, Wikimedia Commons)

Deze Staatse heerschappij over het kasteel duurde echter niet lang. Aan het begin van 1587 droeg de Franse Staatse bevelhebber van de troepen van het kasteel, ene kapitein Marchant, het kasteel over aan Alessandro Farnese, hertog van Parma (1545-1592). Zelf kreeg Marchant er tienduizend gulden voor en de soldaten die hem in zijn overlopen volgden, kregen ieder drie maanden soldij. In de jaren hierna zijn de Spaanse troepen die in het kasteel gelegerd zijn regelmatig een plaag voor de Staatse omgeving.

In 1605 verscheen Prins Maurits (1567-1625) met een uitgebreid leger voor het kasteel. Hij had eigenlijk Antwerpen willen belegeren, maar moest uitwijken. Na een belegering van vijf dagen gaven de 85 verdedigers zich over. Kasteel Wouw was nu voor de derde en laatste keer veroverd door de Republiek. Een jaar later werden de versterkingen rond kasteel Wouw afgebroken en werd het kasteel neutraal gebied, in een uitruil met de Spaanse koning. Op zijn beurt liet die de versterkingen afbreken rond het kasteel van Hoogstraten, nu gelegen net over de Belgische grens ten zuiden van Breda. Ook dat kasteel werd neutraal gebied verklaard.

 

Verval

Gedurende de eeuwen hierna onderging kasteel Wouw de voor veel Brabantse kastelen gebruikelijke cyclus van verval en restauratie. In 1747 diende het nog als onderkomen voor Franse troepen tijdens het Beleg van Bergen op Zoom, maar daarna verviel het snel. Rond 1800 verdween het laatste zichtbare restant van het kasteel.

Sinds 2016 is het kasteelterrein onderwerp geweest van verschillende opgravingscampagnes, die onder andere meer inzicht hebben gegeven over de indeling van het kasteel. Het bleek dat de resten van de funderingen zeer dicht onder het oppervlak lagen. De plattegrond is tegenwoordig door beplanting op het voormalige kasteelterrein aangegeven.

 

Bronnen

Slootmans, C., “Het voormalig kasteel te Wouw”, in: Jaarboek van de Ghulden Roos (1943).

Tromp, H., “Noordbrabantse kastelen in vogelvlucht”, in: Kastelen in Brabant, ‘s-Hertogenbosch, 1982.

Van Ham, W., “Jan IV van Glymes, markies van Bergen op Zoom”, op: www.dutchrevolt.leiden.edu (stand op 20 december 2019).

Vermunt, M., “Hofzaallezing 2019-4: Het kasteel van Wouw”, op: www.geschiedkundigekringboz.nl (stand op 20 december 2019).

“Activiteiten 2018”, op: www.kasteelvanwouw.nl (stand op 20 december 2019).

“Activiteiten 2017”, op: www.kasteelvanwouw.nl (stand op 20 december 2019).