Collectie-item
AWR-KAS-2014-72
Instelling/bron: Heemkundekring 'Land van Ravenstein'
Roodbakkend aardewerk steelkom met driehoekig verdikte rand / loodglazuur a/d binnenzijde / drie poten / massieve steel / onder scherpe knik / 1600-1650 uit beerput S4019. Gerestaureerd door Marja van den Broek In 2014 heeft BAAC, in nauwe samenwerking met de werkgroep archeologie van de Heemkundekring ‘Land van Ravenstein’ een opgraving uitgevoerd op de Kasteelseplaats in Ravenstein. Er was onverwacht toch nog veel over van het bodemarchief van de voorburcht die bij het kasteel hoorde. Het kasteel is in 1818 gesloopt. Op de plaats van de gesloopte school staat nu een appartementencomplex. Vele jaren vóór de bouw van het kasteel van Ravenstein (rond 1350) stond er bebouwing op het terrein van de voorburcht. Op deze plek, in het zuidwesten van het voorburchtterrein, zijn sporen gevonden van schuren. Er zijn ook resten aangetroffen van een oven, een spoelkeuken en een waterput. In een voormalige beerput lag aardewerk en glaswerk. Uit de periode 1300-1350 zijn sporen van houten gebouwen bewaard gebleven. Rond 1350, ten tijde van de bouw van het kasteel, kwam er een gracht rond het terrein en een keermuur. Rond 1544 (ontmanteling van de vestingwerken) is de gracht gedempt. Er zijn sporen van een nieuw gebouw van baksteen met een breedte van 8 meter en een lengte van maar liefst 35 meter. Het had tenminste één verdieping en een zolder. Rond 1800 is de afgebrande bakkerij gesloopt. Het zuidwestelijk deel van het gebouw kreeg een nieuwe voorgevel. Op de binnenplaats is een waterput gebouwd, die is afgedekt met een koepel van ijsselsteen. Op de plek van de gesloopte noordvleugel is een kalkkuil gevonden die is gebruikt voor het aanmaken van kalkmortel, mogelijk voor de bouw van de eerste Mariaschool in 1870. In een beerput (S4019) die in de gedempte gracht van de voorburcht was aangelegd werden veel vondsten gedaan die zijn te dateren vanaf 1525 tot 1700. Het onderzoek naar het aardewerk uit de beerput heeft geresulteerd in een opdeling in drie gebruiksfasen vanaf 1525. Door het tussentijds legen van de beerput, zijn vullingslagen met elkaar vermengd geraakt.