De Duitse inval
Antoon Coolen (1897-1961), gerespecteerd schrijver in Nederland en Duitsland, woont tot 1937 in Deurne. Hij behoort tot de dorpselite, net als grootindustrieel Hub van Doorne, grondlegger van DAF. Vóór de oorlog kunnen beide heren het goed met elkaar vinden. Coolens verhuizing naar Waalre doet daar niets aan af.
Dan komt de Duitse inval. Antoon Coolen verafschuwt de nazi’s en hun praktijken. Ze proberen pers en kunstenwereld te breidelen met hun Kulturkammer, waarvan ook alle kunstenaars en auteurs lid móeten worden. Volksschrijver Coolen ontwijkt dat ravijn met ‘een handigheidje’: hij verklaart zich schrijver-af. Daardoor drogen zijn inkomsten op.
In 1943 zoekt Coolen een uitweg uit zijn benarde situatie door te solliciteren naar het burgemeestersambt in Waalre. Van de Nederlandse autoriteiten mag hij, maar de Duitsers achten hem ongeschikt. In mei 1944 dreigt voor Coolen gedwongen tewerkstelling in Duitsland en duikt hij onder. Voor straf wordt zijn gezin op straat gezet en zijn inboedel kort en klein geslagen.
Fabrikant Hub van Doorne heeft van dit soort ongemakken geen hinder. Hij fêteert de Duitsers in zijn Lido-restaurant in Mierlo en sleept gedurende de oorlog mooie orders binnen. Het gaat de industrieel voor de wind. Coolen ergert zich daaraan. Ook steekt het dat Van Doorne in 1941 bij het Nieuwsblad van Deurne een Duitsgezinde redacteur in het zadel helpt. Hijzelf sluit zich aan bij De Vrije Pers, een blad dat vanaf 1943 wordt uitgebracht door het Deurnese verzet.
Een lokale krantenstrijd
Na de bevrijding in 1944 wordt het Nieuwsblad van Deurne verboden en wil De Vrije Pers verder als Deurnesche Courant, met Antoon Coolen als uitgever. Maar nog voordat de persen draaien, steekt een machtig trio in Deurne de nieuwe krant de loef af met een ander nieuw weekblad, Het Licht. Animators zijn H. van Doorne, industrieel; R. Lambooy, burgemeester, en A. Witlox, pastoor.
Als ‘Mijnheer Hub’ vervolgens voorzitter wordt van het Oranje-comité, slaan bij Coolen de stoppen door. In een geruchtmakende lokale krantenstrijd beschuldigt hij de fabrikant van collaboratie tijdens de bezetting. "Degenen die integer zijn gebleven zijn alles kwijt en de schipperaars zijn rijk geworden", foetert hij.
Coolen gaat bij herhaling zo hevig tekeer, dat Hub van Doorne hem en zijn medewerkers wegens laster en smaad voor de rechter daagt. Hij eist een schadevergoeding van honderdduizend gulden in totaal. Maar tijdens de rechtszitting in 1946 staaft Coolen zijn aantijgingen met schriftelijk bewijs, hem toegespeeld door DAF-personeel. Ook toont hij Van Doornes vriendschappelijke contacten met Duitse legerofficieren aan. Rechtbankpresident mr. Schellenbach wijst de aanklacht wegens smaad en laster dan ook af en veroordeelt Coolen c.s. ‘slechts’ wegens enkelvoudige belediging. Op advies van hooggeplaatste vrienden gaat Hub van Doorne niet in beroep.
Gesterkt door de uitspraak richt Antoon Coolen zijn pijlen nu in de Eindhovense Zuiveringsraad – waarvan hij al langer lid is – op Van Doorne, maar tevergeefs. In 1947 stapt hij gedesillusioneerd uit de raad. Coolen weigert collaboratie van "kleine luiden" te veroordelen waar "grootindustriëlen" vrijuit gaan.
Antoon Coolen overleed in 1961 aan een hartaanval, nadat hij een maand eerder uit de trein was gevallen. Dr. Hub van Doorne overleed in 1979 als ereburger van Deurne én Noord-Brabant.
Bronnen
Kools, T., "Brieven", via: http://www.tijkools.nl/Brieven/.
Kools, T., De na-oorlogse relatie tussen Antoon Coolen en Huub van Doorne, Deurne, 1986.
Kools, T., "De relatie tussen Antoon Coolen en Hub van Doorne na de bevrijding", via: http://tijkools.nl/CoolenvanDoorne.
Slegers, C., Antoon Coolen 1897-1961, Tilburg, 2001.
https://nl.wikipedia.org/wiki/Hub_van_Doorne.
http://www.cubra.nl/auteurs/AntoonCoolen/2009_Coolen,%20Antoon_Knipselmap%20Postuum%201962-1978.pdf.