Economie en land- en watergebruik in Romeins Noord-Brabant

Wegen Germania Inferior, Hans Erren, 2009, Wikimedia Commons

De belangrijkste Romeinse wegen in de provincie Germania Inferior liepen langs de Maas en tussen het hedendaagse Boulogne en Keulen (Colonia Aggrippina). Noord-Brabant kende waarschijnlijk geen grote Romeinse wegen. (Bron: Hans Erren, 2009, Wikimedia Commons)

Overblijfselen van Romeinse infrastructuur en industrie zijn in Brabant, op enkele uitzonderingen na, maar beperkt gevonden. Desalniettemin zullen de bewoners van dit gebied gebruik hebben gemaakt van wegen en de natuurlijke hulpbronnen die er aanwezig waren.

Infrastructuur

In de loop van de eerste eeuw na Chr. worden in Noord-Brabant door de Romeinen wegen aangelegd bij Cuijk en Boxmeer. Buiten de brug bij Cuijk en de doorgaande weg van Nijmegen naar Xanten langs de Maas bij Cuijk en Boxmeer, is er over de infrastructuur vanuit opgravingen nog maar heel weinig bekend. De Romeinen lijken gebruik te hebben gemaakt van het al bestaande prehistorische cultuurlandschap met zandwegen. Probleem is echter de archeologische onzichtbaarheid. Zandwegen in de vorm van karresporen blijven vaak niet bewaard maar zijn daarnaast vrijwel niet te dateren.

In Lieshout zijn bij twee Romeinse nederzettingen slechts de greppels naast de zandweg behouden gebleven in de bodem. In 2008 werd voor het eerst op de zandgronden een brugconstructie met een weg gevonden en wel in het beekdal van de Groote Beerze bij Hoogeloon. Hierbij was een damconstructie die bestond uit een houten bekisting opgevuld met zand, stenen en plaggen, bedekt met planken of boomstammen. De dam lag op een plek die al in de late prehistorie in gebruik was als voorde. Hier was de beek het smalst om over te steken. Het merendeel van de waterlopen in Noord-Brabant bestond uit beken die maar beperkt bevaarbaar zijn geweest. Alleen daar waar de stroom breed genoeg was, zal scheepvaart hebben plaatsgevonden. De rest van de beken vormden smalle stroompjes met veel veengroei die het gebruik voor de scheepvaart belemmerde.

 

Industrie

Er zijn in diverse nederzettingen aanwijzingen voor ijzerproductie gevonden, maar zicht op het economische proces van ijzeroerwinning naar metaalbewerking ontbreekt vooralsnog. De archeologische onderzoeken bij Nistelrode en Uden die plaatsvonden nabij de Peelrandbreuk, laten summiere bewijzen zien dat de nabij de Peelrandbreuk aanwezige wijstgronden aantrekkelijk waren voor de winning van ijzeroer. IJzeroer kon vanwege de aanwezige ondiepe ijzeroerbank bij de breuklijn makkelijk worden gewonnen en worden gebruikt voor de productie van ijzer. Kuilen voor de winning van moerasijzererts zijn echter niet aangetroffen.

Peelrandbreuk kaart, Woudloper, 2008, Commons

De Peelrandbreuk is een van een klein aantal breuken dat door Noord-Brabant loopt. De breuk volgt de lijn Roermond - Meijel - Liessel - Deurne - Bakel - Gemert - Uden - Heesch. (Bron: Woudloper, 2008, Wikimedia Commons)

Sporen van metaalbewerking worden in meer nederzettingen gevonden. De mooiste vondst die hier bewijs voor levert is wel de grote kruiken of dolia die gevonden zijn in Oerle-Zuid. Hier werd aan de rand van de nederzetting een met houtskool gevulde kuil gevonden met twee dolia. Een van de dolia was gevuld met tachtig tot honderd stuks ijzerwaren. Samen met het vele aanwezige slakmateriaal in de nederzetting wijst dit op omvangrijke ambachtelijke activiteiten in de metaalbewerking.

Of het Peelgebied nog voor andere doeleinden in gebruik is geweest, is niet bekend. Het is goed mogelijk dat er al veen gewonnen werd. De wijstgronden, die in de zomer nat bleven, zijn mogelijk extra aantrekkelijk geweest voor andere economische activiteiten, want je kon er bijvoorbeeld het hele jaar door gras op laten groeien, ook in droge zomers. De gegarandeerde wateraanvoer zorgde bovendien voor een grote soortenrijkdom in flora en fauna, en zal mogelijk aantrekkelijk zijn geweest voor activiteiten waar voldoende water voor nodig was, zoals ijzerbewerking. De steile helling bij de Peelrandbreuk vormde waarschijnlijk ook een obstakel in de infrastructuur. De nederzettingen lijken de Peelrandbreuk te volgen, waarbij het hoger gelegen gebied ten oosten van de breuklijn op de horst niet bewoond is geweest.

Wijstgronden Uden Peelrandbreuk, Chris Peel, 1994, Commons

Op sommige plekken rond de Peelrandbreuk bevat het grondwater nog steeds veel ijzer. De roestige kleur van dit stoompje bij Uden is hiervoor een aanwijzing. (Bron: Chris Peel, 1994, Wikimedia Commons)

Het natuurfenomeen van de Peelrandbreuk met wijstgronden en het immense moerasgebied de Peel zullen ongetwijfeld ook een diepere rituele of religieuze betekenis hebben gehad voor de bewoners. Sporen van cultusplaatsen, deposities of andere aanwijzingen hiervoor ontbreken echter. Maar archeologisch onderzoek ontbreekt hier!

 

Bronnen

Ball, E. en Jansen, R. (red.), Drieduizend jaar bewoningsgeschiedenis van oostelijk Noord-Brabant: synthetiserend onderzoek naar locatiekeuze en bewoningsdynamiek tussen 1500 v.Chr. en 1500 n.Chr. op basis van archeologisch onderzoek in het Malta-tijdperk, deel 1, Amersfoort, 2018 (Nederlandse Archeologische Rapporten 61).