Via school maakt Lore snel nieuwe vrienden, niet-Joodse en Joodse. Lore is actief in de padvinderij. Ze gaat op kamp en heeft daar veel plezier. Ze is vaak te vinden op de tennisbaan en in het zwembad. Na de lagere school gaat Lore naar de HBS.
Schoolverbod
Maar dan wordt in augustus 1941 bekendgemaakt dat Joodse kinderen niet langer naar de reguliere scholen mogen. Eigenlijk moet Lore naar de Joodse middelbare school, die pas in februari 1942 in ’s-Hertogenbosch van start zal gaan. Lore zit in haar eindexamenjaar en wil koste wat het kost haar diploma halen op de HBS in Tilburg. Haar ouders vragen toestemming om Lore toch toe te laten tot het eindexamen. Ze beroepen zich op de oorlogsonderscheiding van haar vader. Zolang Lore niet naar school mag, houden haar klasgenoten haar op de hoogte van de leerstof. Haar wiskundeleraar komt thuis langs met huiswerk.
Onderduiken
In augustus 1942 komt de deportatie van Joden uit Tilburg op gang. In maart 1943 duikt de familie Samson onder in de Deken Sandersstraat. Maar in de vroege ochtend van 15 juni doet de Tilburgse politie een inval in het buurpand. Moeder en zoon Samson vluchten de straat op, maar vader kan vanwege de oorlogswond aan zijn been niet rennen. Lore moet kiezen: rent ze haar moeder en broer achterna of blijft ze bij haar vader? Ze besluit bij haar vader te blijven en wordt met hem gearresteerd.
De volgende ochtend worden ze overgebracht naar de gevangenis in ’s-Hertogenbosch. Dankzij vaders IJzeren Kruis worden ze niet meteen gedeporteerd en pas in december 1943 overgebracht naar Kamp Westerbork. Een maand later worden Lore en haar vader naar Theresienstadt gebracht, het concentratiekamp voor de ‘geprivilegieerden’.
Lores moeder Alice en haar broer Alfred zitten ondergedoken in een kippenhok op een boerderij in Westelbeers. In september 1944 worden ze bevrijd en ze weten dat goede nieuws via Londen door te brieven aan Lore en haar vader in Theresienstadt.
Een brief aan thuis
In april 1945 mag Lore vanuit het concentratiekamp een brief schrijven naar haar moeder en broer in Tilburg. Ze schrijft: "Lievelingen, als jullie me toch eens konden zien. Ik ben 1,71 m lang en weeg 62 kilo. Prima. Mijn rode wangen zijn er nog steeds en soms doe ik zelfs lippenstift op! Theresienstadt is een klein stadje en we kunnen hier vrij wandelen. De natuur is hier heel mooi en we gaan vaak naar buiten, naar het platteland. We gaan ook vaak naar concerten of toneelstukken en hebben hier ook al opera’s gezien." Alice en Alfred kennen Lore. Ze weten hoe zij haar brief moeten lezen. Het tegendeel van wat zij schrijft is waar…
Op 8 mei 1945 worden Lore en haar vader bevrijd. Op 22 juni arriveren ze eindelijk in Eindhoven, waar ze zoals zovelen in het Philips Veemgebouw worden opgevangen. Lore schrijft meteen een briefkaartje naar haar moeder en broer: "Liefste schatten, Vader en ik zijn zo juist gearriveerd. Het is heel goed met ons. We zijn in Eindhoven in het Philipsgebouw, noodlazaret in de eerste verdieping 18A. Kom zo spoedig mogelijk. Veel liefs en zoenen. Vader en Lore." Kort daarna wordt het gezin herenigd.
Terug in Tilburg pakte Lore de draad meteen weer op. Ze koos resoluut voor het zionisme. Op 16 juni 1946 trouwde ze met Avri Steinberg in de Tilburgse synagoge. Samen vertrokken ze naar Palestina om daar de Joodse staat op te bouwen. Voortaan ging Lore Samson door het leven als Ora Shinan.
Bronnen
Collectie Addi Shinan, “Item ID 10865367, Record group O.75, File no. 2828: Letters and postcards sent by members of the Samson family to relatives in Tilburg and Theresienstadt, 1943-1945”, Yad Vashem, Jeruzalem.