Dick Johan van Toor uit Eindhoven is 22 jaar wanneer de oorlog uitbreekt en hij onder de wapenen wordt geroepen. Omdat hij medicijnen studeert, wordt hij verkenner bij de 5e Compagnie van de School Reserve Officieren Geneeskundige Troepen. De compagnie is gelegerd in de Hotel-kazerne te Utrecht.
Schrik
In de kazerne komt op 7 mei 1940 de opdracht binnen dat exact honderd man op weg moeten naar het militair hospitaal van Oud-Beijerland. Korporaal Dick van Toor gaat mee. Een aantal dagen verstrijkt voordat de compagnie op 10 mei inderdaad vertrekt. En hoe. Behalve een helm en uniform hebben de mannen nauwelijks iets van een uitrusting. Niemand heeft bijvoorbeeld een gasmasker en alleen de sergeant heeft een pistool. Zelfs de Rode Kruis-armbanden voldoen niet aan de internationale voorschriften. Dit gezelschap bereikt ’s ochtend om kwart over elf het Maasstation in Rotterdam. Alsof er niets aan de hand is. Want een paar uur eerder was dit station nog in handen van de Duitsers. Er wordt nog flink gevochten.
De jongens schrikken zich een ongeluk van wat zij aantreffen. Hen is niet verteld dat Rotterdam zo onder vuur ligt. Ongewapend als ze zijn proberen ze ongezien van het station weg te komen. Eerst kruipen ze onder wagons door, dan gaan ze voorzichtig het station uit om via het Haringvliet en de Nieuwe Haven de legerplaats aan het Oostplein te bereiken. Maar de Nederlandse mariniers die het Haringvliet bewaken, hebben ter verdediging de bruggen een meter opgehaald. De hospikken moeten daarom één voor één een sprongetje maken. Dat trekt de aandacht van de Duitsers, die direct het vuur openen. Een aantal jongens raakt gewond. Ook Dick van Toor wordt getroffen. Een scherpschutter schiet hem vol in de buik. Zijn makkers weten hem nog uit het strijdgewoel te dragen. Maar niet veel later sterft Dick aan zijn verwondingen.
Geen troost
Gesneuveld op 10 mei 1940 is Dick van Toor een van de eerste Brabantse oorlogsslachtoffers. De verdere lotgevallen van zijn compagnie zullen hem nauwelijks tot troost zijn geweest. De sergeant moet werkelijk met zijn mannen leuren om hen onder te brengen op plekken waar zij nuttig werk zouden kunnen doen. Nergens in de stad blijkt er behoefte aan extra medische assistentie. Uiteindelijk zijn aan het eind van de dag de manschappen in kleine groepjes bij verschillende commando’s weggezet.
Al tijdens de oorlog nam een groep Brabanders het initiatief de Brabantse gesneuvelden in de Oude Willibrorduskerk te herdenken. Op 1 maart 1946 werd Dick van Toor hier naamloos herbegraven. De tekst op de steen luidt: "Het Brabants volk eert zijn gesneuvelde zonen die voor het vaderland vielen en van wie een hier rust tot de dag van de opstanding." Het kerkje in Waalre is nu het officiële Brabantse monument waar jaarlijks op 12 september een herdenking wordt gehouden.
Bronnen
Van Berkel, K., "Consul zorgt al 17 jaar voor 'zijn' oorlogsgraven", Eindhovens Dagblad, 22-08-2017. (Stand op 14 augustus 2018).
https://nl.wikipedia.org/wiki/Graf_van_de_onbekende_soldaat_(Waalre) (Stand op 14 augustus 2018)
Hermans, J., "Eerste Brabantse dodenherdenking was 70 jaar geleden op 28 oktober in Waalre", Omroep Brabant, 28 oktober 2015. (Stand op 14 augustus 2018)
http://www.zuidfront-holland1940.nl/index.php?page=toor-d-j-van (stand op 14 augustus 2018).
http://www.zuidfront-holland1940.nl/index.php?page=maasbruggen-rotterdam-2e-fase (stand op 14 augustus 2018).