De soldaat was krijgsgevangene van de Duitsers, maar door de hulp van Kerssemakers kon hij terugkeren naar Frankrijk en bleef zo uit handen van de vijand. Zo sloot Kerssemakers zich al in 1940 aan bij het verzet. De abt en de andere kloosterlingen mochten hier niets van weten.
Kaarten
De geallieerden hebben kaarten van vliegveld Gilze-Rijen nodig. Jan Huijbregts, vriend van de pater en medeplichtig verzetslid, weet met de pater die informatie te vergaren. Twee medewerkers van de vliegbasis tekenen kaarten van de landingsbanen en het luchtafweergeschut en geven alles af aan pater Kerssemakers. Zonder ook maar iets te laten doorschemeren aan zijn medebroeders, smokkelt de pater de papieren naar een contact in Oosterhout, van waaruit het materiaal zijn weg naar de verzetsgroep in Breda vindt. Omdat de pater overal zieken bezoekt, kan hij zich vrij bewegen. Zo ontstaat er een verzetsnetwerk rondom de pater en zijn vriend Jan.
Lange tijd gaat het verzetswerk goed, tot zaterdag 10 oktober 1942. Jan is met het joodse echtpaar Gokkes onderweg naar de Abdij in Oosterhout als hij in de verte twee handlangers van de Sicherheitsdienst zijn kant op ziet komen. Jan roept nog naar het echtpaar dat ze moeten vluchten. Zelf rent hij door een gangetje veilig naar zijn huis maar het Joodse echtpaar wordt gepakt.
Diezelfde dag zit pater Kerssemakers aan het middagmaal in de Abdij. In de eetzaal gebruiken honderd broeders hun maaltijd in stilte, zoals gebruikelijk. Plots gaat de bel. Broeder portier staat op van de maaltijd en opent de deur. Voor de deur staan twee mannen van de Sicherheitsdienst. Ze vragen naar pater Kerssemakers. De portier loopt terug naar de eetzaal. Hij gaat naar de tafel van de abt en meldt Dom Mähler: "Ze zijn hier van de Sicherheitsdienst en komen pater Kerssemakers halen." De abt doorbreekt de stilte in de eetzaal en roept pater Kerssemakers bij zich: "Ik geef u de keus om de abdij aan de voor- of aan de achterkant te verlaten."
Voor- of achterdeur
De pater besluit zich te melden in de spreekkamer bij de heren van de Sicherheitsdienst: hij kiest de voordeur. In de eetzaal klinkt de heftige Duitse woordenwisseling vanuit de spreekkamer door. En niet veel later is de pater gearresteerd. Kort daarop vinden vele arrestaties plaats. Slechts één persoon van de hele verzetsgroep weet op tijd onder te duiken. Zonder zijn medebroeders nog een keer te spreken, wacht pater Kerssemakers zijn vonnis af in de strafgevangenis in Haaren.
Op 31 maart en 1 april 1943 werd uitspraak gedaan tegen de groep. Allen stond de doodstraf te wachten. Voor vier leden werd deze straf omgezet in een strafkamp in Duitsland, maar niet voor pater Kerssemakers. Op 7 mei 1943 werd hij gefusilleerd in fort De Bilt, bij Utrecht. Zijn afscheidsbriefje meldde: "Zoo aanstonds geef ik mijn leven voor God en Vaderland." Jaren later werd de urn van de pater bij toeval gevonden in Duitsland. Sinds 1958 ligt deze begraven op het kerkhof van de Oosterhoutse Abdij.
Bronnen
ORTS TV, "Land van Oosterhout: aflevering 05", verkregen via: https://www.youtube.com/watch?v=-0q1L26Etho&t=170s (stand maart 2018).