In 1811 stond Jacobus Martinus Pauli op de lijst van lotelingen voor het leger van Napoleon. Volgens de burgemeester was hij van goed en onbesproken gedrag. Volgens de beschrijving van zijn uiterlijk had hij “een vlak gezicht, een gewone neus, zwart haar en een jaunatre (gelige) teint”.
Op 5 november 1819 benoemde de raad hem tot veldwachter van Hilvarenbeek. Hij volgde hierin zijn vader op, die twee dagen eerder was overleden. Als gemeenteveldwachter was hij onder andere belast met de invordering van de gemeentelijke belastingen bij wanbetaling, het afmaken van besmet vee, en de bewaking van de, van kindermoord verdachte Wilhelmina van den Nieuwenhuijzen. De opperjagermeester van koning Willem I (1772-1843) stelde Jacobus Martinus Pauli in 1826 aan tot “extraordinairen Opziener der Jagt in de Noordelijke Provinciën”, wat inhield dat hij toezicht moest houden op de jacht en visserij in zijn woonplaats.
Jacobus Martinus Pauli trouwde met Maria van Ammelrooij (1782-1872) uit Sprang. Met haar woonde hij tot het einde van leven aan de Wouwstraat in Hilvarenbeek en kregen zij zes kinderen. De oudste twee, Johannes Jacobus (1815-1845) en Wilhelmina (1817-1822), overleden vrij jong en Anna (1819-??) en Adriana (1820-1879) trokken het land in om als dienstmeid de kost te verdienen. Hun jongste kinderen, Petronella (1822-1887) en Wilhelmina (1824-1879) zouden hun hele leven ongehuwd in Hilvarenbeek blijven wonen.
Jacobus Martinus Pauli overleed te Hilvarenbeek op 4 april 1854 en voldeed, naar zeggen van de burgemeester, ondanks zijn ouderdom, toch nog redelijk aan zijn verplichtingen.
Bronnen
Adriaenssen, L., "Elf generaties Moonen", in: Brabantse Leeuw (jrg. 29, 1970), p. 88.
Mol, T., Openbare orde en gezag, Twee eeuwen Goirle, deel IV (Goirle, 1989), p 21-22.
RA Tilburg, Archief dorpsbestuur Hilvarenbeek 1392-1810, nr. 29 f 198v. 8 oktober 1795, idem nr. 32 f 277 19 maart 1806, idem nr. 5424 f 05.106 6.7 september 1808.
RA Tilburg, Archief gemeentebestuur Hilvarenbeek 1811-1935, nr. 1467a, ongedat., idem nr. 1468 ongefol. 1811, ongefol. 16 mei 1816, idem nr. 1469 f 4v. 5 november 1819, idem nr. 1470 f 34v. 15 januari 1852, idem nr. 1675 ongefol. 24 november 1820, idem nr. 1676 f 43 16 juni 1827, idem nr. 1677 f 49 23 juli 1840, idem nr. 1679 f 55 briefnr. 179 3 juni 1851, idem br. 1681 briefnr. 1338 10 december 1885, idem, nr. 1692 f 6v. 5 augustus 1845, idem nr.1713 ongefol. 31 maart 1826, idem nr.1714 ongefol. 5 juni 1827, idem nr. 1884, jaarverslag gemeente 1851, idem nr. 1694 briefnr. 628 8 december 1880, briefnr. 753 9 februari 1882, briefnr. 830 21 januari 1883, briefnr. 904 15 april 1884, briefnr. 928 9 juli 1884, briefnr. 929 10 juli 1884, briefnr. 930 11 juli 1884, idem nr. 1695 briefnr. 385 21 januari 1890, idem nr. 1778 18 juni 1891.
RA Tilburg, Bevolkingsregister Hilvarenbeek 1850-1860 A-D p 95, idem 1860-1890 A 125.
RA Tilburg, Archief gemeentebestuur Oisterwijk 1811-1920, nr. 673 map Potters 6 februari 1834.
RA Tilburg, Archief van de Hervormde Gemeente Hilvarenbeek nr. 17 1863-1911, nr. 53 lidmatenboek, idem nr. 48 ongefol. 23 mei 1855, 12 juli 1857, 21 november 1858, 6 november 1859, 12 februari 1860, 14 september 1862, 8 oktober 1879, 11 december 1879.
BHIC ’s-Hertogenbosch, Archief Provinciaal Bestuur 1814-1920 nr. 395 18 april 1826, idem nr.874 26 februari 1838, idem nr. 7537 index op de resoluties van Gedeputeerde Staten van 1810 en 1811.
BHIC ’s-Hertogenbosch, Bestuursarchieven 1795-1814, nr. 18 ongefol. 4 mei 1796, idem nr. 134 f 105 21 april 1796.
BHIC ’s-Hertogenbosch, archief Rechtbank van Eerste Aanleg den Bosch nr. 816 20 september 1833, idem nr. 821 16 maart 1838.
BHIC ’s-Hertogenbosch, Archief arrondissementsrechtbank Eindhoven, nr. 38 rolnr. 4644 1 april 1862, idem nr. 47 rolnr. 5809 5 september 1867.
BHIC ’s-Hertogenbosch, Archief arrondissementsrechtbank ’s-Hertogenbosch nr. 145 rolnr. 29 9 maart 1882, idem nr. 151 rolnr. 33 8 februari 1883, idem nr. 166 rolnr. 20 6 mei 1884.