Schuilen
Het gezin van Jan Oonincx telt dertien kinderen. Neel is de tweede zoon. Hij is geboren op 11 januari 1932 en dus bijna dertien. Het gezin schuilt meestal in de zogenoemde "perdsstal", ondanks de naam een stal waar ook de koeien staan. De stal is opgetrokken uit beton en dus betrekkelijk veilig. Tegen de buitendeur ligt een hoop zand om granaatscherven en kogels buiten te houden. Vlak daarbij staat de boerderij van Piet Peeters. Daar hebben Duitse militairen een gevechtspost ingericht. De gevolgen zullen spoedig blijken.
De patrouille
Om tien uur in de ochtend van vrijdag 13 oktober 1944 ziet de vader van Neel militairen aankomen. Aan de uniformen ziet hij dat het geen Duitsers zijn. Hij maant zijn gezin om meteen te gaan schuilen. Een patrouille van acht man van het 1ste/4de bataljon van het King’s Own Yorkshire Light Infantry Regiment nadert voorzichtig de boerderijen. Dan openen de Duitsers het vuur. De burgers in de boerderij horen het geknetter van de wapens, maar ook gebrul en gegil.
De Britse soldaten zijn volledig verrast. Drie kunnen er ontkomen, maar twee worden gevangengenomen en drie sneuvelen. Zoals niet ongebruikelijk worden de doden provisorisch begraven, oftewel in ondiepe kuilen gegooid. Diezelfde middag vallen Britse jachtbommenwerpers, Typhoons, het Duitse steunpunt aan. De boerderij van Peeters wordt volledig verwoest. Als door een wonder vallen hierbij geen slachtoffers.
Goede schoenen
De volgende dag is de rust weergekeerd. Neel besluit op onderzoek uit te gaan. In de sloot naast het ouderlijk huis ziet hij de eerste gesneuvelde liggen. Op het identiteitsplaatje leest hij dat de man Hunter heet. Hij heeft nog een handgranaat bij zich en magazijnen voor een zogeheten Brengun. Hij is getroffen in een oog. De schoenen van Hunter zijn beschadigd, maar goed schoeisel is schaars en Neel neemt ze mee. Hij zal ze nog lang dragen, ook al zijn ze iets te groot.
Naast de zandweg zijn schuttersputjes. Uit een daarvan steekt een opgevouwen lichaam. Het is zwart van het stof. Het lijkt alsof de Duitsers de dode snel in de grond wilden hebben. Korporaal Ford, zo heet de militair, heeft schotwonden over zijn hele lijf. Hij draagt handschoenen met lange kappen, zoals een motorrijder. Dan ziet Neel het derde slachtoffer, soldaat Kirk. Die heeft een snijwond in zijn hals. Even daarvoor nog heeft Neel een Duitser gezien bij Kirk. Hij vermoedt dat de Brit nog leefde en dat de Duitser hem met een mes heeft gedood. Een paar dagen later is Neel er ook bij als twee burgers de gesneuvelde bevrijders een tijdelijk graf geven.
Twee weken later, op vrijdag 28 oktober werd Ulicoten bevrijd. Niet lang daarna werden de drie Britten opgegraven. Neel was daar naar verluidt opnieuw bij. Tot op hoge leeftijd herinnerde hij zich ook de afschuwelijke stank en een bizar detail. Uit de hals van Kirk viel een kogel samen met wat geronnen bloed…
Neel Oonincx overleed op 86-jarige leeftijd in oktober 2018.
Bronnen
Didden, J., en Swarts, M., Autumn Gale (Herbststurm), Drunen, 2013.
Een interview met Neel Oonincx, door Jos van Roozendaal, op 7 november 2009.
Second Tactical Air Force, Daily Log September-October 1944, The National Archives, Kew, AIR 37/715.