Thema

Bourgondië en Brabant

Brabanders worden vaak Bourgondische levensgenieters genoemd. De Bourgondische hertogen kregen in de vijftiende eeuw de macht in Brabant en drukten zo hun stempel op dit hertogdom.

Opvolgingsproblematiek

Het verhaal van hoe Brabant Bourgondisch werd, begint in de veertiende eeuw. Hertog Jan III (1300-1355) had drie dochters, die allemaal met machtige mannen getrouwd waren. Johanna van Brabant (1322-1406), de oudste dochter, trouwde met Wenceslaus I van Luxemburg (1337-1383). Hij was de broer van de Duitse keizer. De tweede dochter, Margaretha van Brabant (1323-1380), trad in het huwelijk met de graaf van Vlaanderen, Lodewijk I van Male (1330-1384). En de jongste van de drie, Maria van Brabant (1325-1399), had de beoogd opvolger van de hertog van Gelre als man. Bij het overlijden van Jan zorgde dat voor problemen, want wie volgde hem op? Johanna had de beste papieren, want zij was de oudste. De ambitieuze zwagers legden zich daar echter niet bij neer en ontketenden de Brabantse Successieoorlog.  

Wenceslaus en Johanna riepen de hulp in van de Duitse keizer Karel IV (1316-1378). Hij beloofde zijn broer te komen helpen mits zij garandeerden dat de titel na hun overlijden officieel in handen kwam van hun familie, het Luxemburgse huis. In het Verdrag van Maastricht (9 februari 1357) legden zij die afspraken vast. De hulp van de keizer bracht echter geen overwinning. Lodewijk, graaf van Vlaanderen dwong Johanna en Wenceslaus vier maanden later om een tegenovergestelde belofte te doen. In het verdrag dat een einde maakte aan de oorlog, gingen zij akkoord met de voorwaarde dat ze het hertogdom "niet mochten verkopen, vervreemden of weggeven, in zijn geheel of in delen".  Dit betekende dat de ‘middelste’ zus (of haar erfgenaam) de eerstvolgende opvolger was. En toevallig was Lodewijk met haar getrouwd.

Kettingreactie

Lodewijk en Margaretha van Brabant hadden een dochter die haar voornaam deelde met haar moeder: Margaretha van Male (1350-1405). De dochter was net als haar moeder en tantes getrouwd met een ambitieuze man. Hier komen we de Bourgondiërs tegen, in de persoon van Filips de Stoute (1342-1404), hertog van Bourgondië. Dankzij het strategische huwelijk met Margaretha van Male kreeg Filips de kans om het hertogdom Brabant en het graafschap Vlaanderen aan het familiebezit toe te voegen. Zijn vrouw was erfgenaam van die gebieden. Voor het zover was, moesten wel eerst zijn schoonouders en Johanna en Wenceslaus overlijden. Vanaf 1380 trad de kettingreactie in werking. Eerst overleed Margaretha van Brabant, de schoonmoeder, en vervolgens overleden Wenceslaus en Lodewijk in 1383 en 1384.

Gravin_Margareta1.jpg

Filips de Stoute en Margaretha van Male. (Bron: Antonius Sanderus, 1641, Flandria illustrata)

Alleen Johanna, hertogin van Brabant, leefde nog. Van haar had het ambitieuze paar geen last. Zij had geen kinderen en vormde zo geen concurrent voor de Bourgondische plannen. Integendeel. Waar ze eerst de belangen van de familie van haar man had gediend, steunde zij na zijn dood haar nichtje Margaretha en haar man Filips. Ze koos ervoor om een bloedverwant te helpen. Al had ze weinig te kiezen: Filips had haar militair gesteund in de oorlogen met Gelre en financieel gesteund in de afwikkeling daarvan. Johanna had een grote schuld uitstaan bij hem en bij enkele vazallen in de gebieden ten oosten van de Maas. Bourgondiër Filips loste haar schulden bij de vazallen af en vergrootte zo zijn invloed in het hertogdom Brabant.

Hij noemde die hulp vanzelfsprekend, want hij zag zichzelf als de opvolger van Johanna vanwege zijn huwelijk met haar nichtje. In 1390 bekrachtigde Johanna deze uitspraak in een geheime oorkonde, waarin ze haar nichtje als erfgenaam aanwees. De Bourgondiër leek op het juiste moment op de juiste plaats te zijn geweest. Er zat echter meer achter dan dom geluk. Door een mix van huwelijkspolitiek, oorlogen en financiële steun zou Filips’ oudste zoon bijna heel de zuidelijke Nederlanden erven. Dit steken van de kaarten was de reden dat de Bourgondiërs zo succesvol waren.

Op de kaart

Stedelijke macht

De Brabantse steden probeerden de Bourgondiërs een hak te zetten. Het hertogdom Brabant ging na de dood van Margaretha van Male niet over naar haar oudste zoon. Door aandringen van de steden ging de titel naar haar jongere zoon Antoon (1384-1415). Bij zijn aantreden bekrachtigde Antoon de vrijheden en rechten van de steden in een ‘Blijde Incomste’. In dit charter gaven de Brabantse steden te kennen dat ze duidelijk een afzonderlijk en ondeelbaar Brabants hertogdom met een eigen regering wilden blijven.

De steden hoopten waarschijnlijk dat ze op deze manier minder te maken zouden hebben met de centralisatiepolitiek van de Bourgondiërs, maar dat viel in de praktijk tegen. De Bourgondiërs voerden een sterke centralisatiepolitiek, die tornde aan hun oude voorrechten. Met hun verzet legden de steden ongewild de basis voor een nieuw verbond tussen de hertog en hoge adel. De adel steunde de hertog graag in ruil voor hernieuwde invloed. Brabant werd langzaam ondergeschikt gemaakt aan de Bourgondische belangen. Zo voerde hertog Antoon nieuwe controlerende en juridische instellingen in.

Bekijk ook deze video uit de Canon van Lammers, waarin verchillende hertogen van Bourgondië besproken worden. (Bron: Canon van Lammers, aflevering 9, Erfgoed Brabant)

Alle rechten voorbehouden

Bourgondisch brabant

Karte_Haus_Burgund_3.png

Bourgondië onder Filips de Goede. (Bron: Marco Zanoli, 2008, Wikimedia Commons)

De Brabantse gebieden van Antoon gingen bij zijn dood over naar zijn zoon en vervolgens naar zijn kleinzoon. Deze kleinzoon, Filips van Sint-Pols (1404-1430), had echter geen kinderen en stelde zijn neef, Filips de Goede van Bourgondië (1396-1467), aan als erfgenaam. Toen Filips van Sint-Pols in 1430 stierf, viel Brabant uiteindelijk dan toch toe aan de hoofdtak van de Bourgondiërs en werd Filips de Goede de nieuwe hertog van Brabant en Limburg. Zijn gebieden omvatten Vlaanderen en hij voegde er Holland, Zeeland, West-Friesland, en Gelre aan toe. Zo werd het plan van zijn grootvader Filips de Stoute, om de Lage Landen in zijn Bourgondische rijk te verenigen, alsnog tot uitvoer gebracht.

Het lukte de hertogen van Bourgondië door hun grenzeloze ambitie en slimme huwelijkspolitiek om hun hertogdom te laten uitgroeien tot een groot en machtig rijk, waar Brabant definitief deel van was geworden. De extreme rijkdom, de overdaad en de pracht en praal van de levensstijl van de ‘Bourgondiërs’ werd ingegeven door hun grote aspiraties: ze wilden van hun hertogdom een koninkrijk maken. Al hun inspanningen waren er op gericht hun politieke status op te vijzelen, bijvoorbeeld als beschermheer van de kunsten. De welvaart groeide onder de Bourgondiërs en de kunsten kwamen tot bloei. Men spreekt van de ‘Gouden eeuw van Brabant’ als het gaat over Brabant in de tijd van de Bourgondiërs.

Deel van een nóg groter rijk

Filips’ zoon Karel de Stoute (1433-1477) probeerde de status van het hertogdom met verschillende oorlogen verder te verhogen, maar hij liet tijdens een van deze oorlogen het leven. Hij had bij zijn overlijden slechts één dochter, Maria van Bourgondië (1457-1482), die toen zijn bezittingen in de Lage Landen erfde. Door haar huwelijk met Maximiliaan van Oostenrijk (1459-1519) werd Brabant deel van een nóg grotere verzameling gebieden: het Habsburgse rijk.

Bronnen

Van Oudheusden, J., Erfgoed van de Brabanders. Verleden met een toekomst, ‘s-Hertogenbosch, 2014.

Van Oudheusden, J., Verhalen van Brabant; Geschiedenis en erfgoed in tien tijdvakken, ‘s-Hertogenbosch, 2015.

Van Uytven, R. (red.), Geschiedenis van Brabant, van het hertogdom tot heden, Zwolle, 2004.

Stein, R., De hertog en zijn staten. De eenwording van de Bourgondische Nederlanden, ca. 1380 - 1480, Hilversum, 2014.

Willems, J. en Bormans, J., Les gestes des ducs de Brabant en verses Flammands du XVe siècle deel 2, Brussel, 1843, 546.

Draag bij aan Brabants erfgoed!

Wil je een verhaal delen? Vul hieronder je gegevens in, en geef kort aan wat je zou willen bijdragen. De redactie neemt dan contact met je op.