Overleven
Zo ook de Helmondse Maria (Mietje) van der Kuijlen, getrouwd met Josef (Sjef) Meulendijks en moeder van twee jonge kinderen. Sjef werkt als wever hard om de eindjes aan elkaar te knopen. De bezetting maakt het niet gemakkelijker voor Sjef. De Arbeitseinsatz wordt pas in maart 1942 ingevoerd, maar Sjef wijkt al eerder uit naar Duitsland waar werk zat is. Met Sjef maken veel grensarbeiders al dan niet noodgedwongen dezelfde keuze: van daar sturen ze geld naar hun gezin. De arbeidsomstandigheden zijn slecht. Wanneer Sjef en zijn metgezellen op 6 januari 1943 protesteren en het werk neerleggen, wordt Sjef gearresteerd als ‘stakingsleider’. Hij werkt in verschillende strafkampen tot hij in juni naar Ravensbrück wordt getransporteerd.
Ondertussen staat Mietje er alleen voor. De oorlog geeft geen tijd voor verdriet. Ze wijdt zich aan haar belangrijkste doel: de kinderen zo goed mogelijk de oorlog doorkrijgen. Dan is het zover: 25 september 1944. Mietje heeft het gered: de kinderen hebben de bevrijding gehaald, hoewel maar net. Hun toestand is zo schrijnend dat de zesjarige Annie drie maanden wordt ondergebracht bij een pleeggezin in Jumet (België) om aan te sterken. Als Annie weer terugkomt, is Mietje verheugd. Toch is het gezin nog niet compleet.
De Wonderbaarlijke Winando
De kinderen hebben weinig of geen herinneringen aan hun vader. Moeder Mietje herinnert zich haar man maar al te zeer: zij wacht alsmaar op een teken van leven. Om haar heen worden gezinnen herenigd of worden levens door verpletterend nieuws voorgoed veranderd. Mietje is de stilte zat.
Op 23 oktober 1945 ziet ze in de Helmondsche Courant een advertentie voor een gastvoorstelling van de fascinateur ‘Winando’, met als extra attractie de mogelijkheid om vragen te stellen. Ze waagt de gok en gaat naar het Sobriëtas-gebouw in Helmond. Ze is sceptisch, tot Winando het woord tot haar richt. Zonder dat Mietje iets loslaat, weet hij dat Sjef in Ravensbrück zat, maar dat is niet alles. "In het voorjaar komt hij thuis!", voorspelt Winando haar.
Opgetogen snelt Mietje naar huis. Hij komt terug! Het voorjaar breekt aan. Hoopvol werkt Mietje aan haar geliefde tuin. Die moet in orde zijn, wanneer Sjef aankomt! Lente loopt over in zomer en herfst. Eind 1946 krijgt Mietje eindelijk een brief van het Rode Kruis. Met trillende vingers scheurt ze de envelop open. "Geachte mevrouw Meulendijks...", haar ogen schieten over de zinnen tot ze bij het gevreesde bericht aankomen. Sjef Meulendijks is op 1 september 1944 overleden in Ravensbrück.
Verwachting in het voorjaar
Ondanks de harde feiten kan Mietje de woorden van Winando niet loslaten. Iets in haar gelooft dat Sjef weer bij haar zal zijn. Dertig jaar lang wacht Mietje tevergeefs op zijn terugkeer. Elk voorjaar brengt een verwachtingsvolle spanning met zich mee en zorgt ze dat het huis en de tuin er piekfijn uitzien. Elke zomer verliest Mietje haar man opnieuw.
Op 24 oktober 1971 ging Mietje langs bij haar schoondochter. Ze vertelde over haar voorgevoel dat Sjef nu echt snel thuis zou komen. Een dag later overleed ze, precies 26 jaar na de voorspelling. Bijna 75 jaar na de voorspelling hebben Mietjes zoon en schoondochter geen goed woord over voor Winando. Ze vragen zich af: was geen hoop beter geweest dan valse hoop?
Bronnen
Dit verhaal is gebaseerd op gesprekken met Giel van Hooff, stadshistoricus, en Theo Meulendijks, nabestaande van Mietje en Sjef Meulendijks.
https://www.deweblogvanhelmond.nl/columnisten/stadshistoricus/1051-reichsmarken-3-gulden-en-3-centimen/#more-101564 (stand op 13 april 2018).
http://wiki.regionaalarchieftilburg.nl/Winando (stand op 13 april 2018).