De Joodse gezinnen waren marktkooplui die met hun waren gewoonlijk dagen achtereen rondtrokken door Brabant en omstreken en op vrijdag voor de sabbat weer terugkeerden naar Oisterwijk. Ze hadden echter ook de beschikking over een draagbare synagoge-inventaris, die ze meenamen naar plekken waar tijdelijk meer Joden bijeenkwamen, bijvoorbeeld vanwege een kermis of een jaarmarkt.
Door de inspanningen van de rabbijn en met giften in geld en natura konden de Joden van Oisterwijk, zo’n vijftien tot twintig gezinnen, in 1762 in een huis in het dorp een kleine synagoge inrichten, de eerste in Noord-Brabant.
Uit die pioniersfase van de Joodse gemeenschap in Oisterwijk bleef onder meer een laatachttiende-eeuwse tekstrol bewaard. Hij bevat de tekst van het bijbelboek Esther, die in de synagoge wordt voorgelezen bij het Poerimfeest. Nadat de Oisterwijkse synagoge in 1908 was opgeheven, werd de tekstrol verworven door de verzamelaar Karel Azijnman (1876-1936), die hem later schonk aan Het Noordbrabants Museum.
Bronnen
Van Oudheusden, J., Erfgoed van de Brabanders. Verleden met een toekomst, 's-Hertogenbosch, 2014.
Dit artikel is een bewerking van een tekst uit J. van Oudheusden, Erfgoed van de Brabanders. Verleden met een toekomst, 's-Hertogenbosch, 2014, 167.