Uit de donkere gewesten

tekeningouwerling.png

De Heieindse molen in Deurne rond 1830, getekend door Hendrik Ouwerling. (Bron: Hendrik Ouwerling, Heemkundekring H.N. Ouwerling)

De ontmaskering van het arcadische Brabant dateert niet van vandaag of gisteren. Al meer dan eeuw geleden werd korte metten gemaakt met de idylle van een harmonische plattelandssamenleving, onder andere door de Deurnese onderwijzer, schrijver en journalist Hendrik Ouwerling (1861-1932), een katholiek maar ook een vrijdenker, in een bundel artikelen onder de titel Uit de donkere gewesten.

De idylle van een bevolking die eenvoudig maar gemoedelijk was, arm maar gastvrij, tevreden en vroom, werd door deze publicatie uit 1908 bestreden door Ouwerling. In navolging van zijn vriend, de schrijver Herman Maas (1877-1958), hekelde Ouwerling het leven in de Peel en dan vooral het machtsmisbruik van de gezagsdragers, zowel wereldlijke als kerkelijke. Hij schreef ook over de uitbuiting van de gewone man en de armoede en erbarmelijke huisvesting die daarvan het gevolg waren. Tegelijk had hij ook kritiek op de onwetendheid en het drankmisbruik van het volk en de gewelddadigheid waaraan de provincie de weinig vleiende bijnaam ‘Moord-Brabant’ ontleende. Kortom, een afrekening met wat hij zelf omschreef als "geleuter over landelijke eenvoud, en geluk en tevredenheid".

ouwerling.png

Hendrik Ouwerling. (Bron: Jacques Stroucken, 1932, Wikimedia Commons)

 

Bronnen

Van den Eerenbeemt, H. (red.), Geschiedenis van Noord-Brabant, deel 2: Emancipatie en industrialisering 1890-1945, Amsterdam/Meppel, 1996.

Van der Heijden, M., Brabantse letteren. Letterkunde als spiegel van culturele emancipatie in Noord-Brabant 1796-1970, Tilburg, 2006.

Van Oudheusden, J., Erfgoed van de Brabanders. Verleden met een toekomst, ‘s-Hertogenbosch, 2014.

 

Dit artikel is een bewerking van een tekst uit J. Van Oudheusden, Erfgoed van de Brabanders. Verleden met een toekomst, ‘s-Hertogenbosch, 2014, 221.