De opzet van de nederzetting en de vondsten die er gedaan zijn bij de opgravingen, wijzen er op dat de nederzetting door een rijke boer bewoond werd. De nederzetting werd in de tweede helft van de eerste eeuw na Chr. gesticht en is bewoond tot ergens in de eerste helft van de derde eeuw na Chr. In die periode was het platteland van het huidige Brabant kwetsbaarder geworden voor rooftochten van groepen buiten het Romeinse Rijk, waardoor veel nederzettingen verlaten werden. Wellicht heeft de eigenaar van het servies het in deze periode begraven als offer, of om het te verbergen voor plunderende groepen.
De boer gebruikte het servies waarschijnlijk zijn bij offerplechtigheden en tijdens (luxe) maaltijden. Sommige objecten dienden voor het serveren en bereiden van wijn: onder andere scheplepels, kommen en zeven om de wijn te mengen met kruiden en die er vervolgens weer uit te filteren. Borden, kannen en drie kaarshouders maakten het tafelservies compleet. Al met al voldoende om een luxe maaltijd te serveren. Dat het geheel gevonden is in een relatief arm grensgebied is te zien aan alle reparaties die het servies ondergaan heeft. Het servies is duidelijk lang gebruikt en vertelt een fascinerend verhaal over het leven in een kleine nederzetting in het Romeinse grensgebied.
Bronnen
http://www.archol.nl/documenten/archolweb/index.html (stand op 13 mei 2019).